Sluiten Logo Els De Frene
19 March 2024

Feitelijk samenwonen, wettelijk samenwonen of trouwen met of zonder huwelijkscontract?

U bent verliefd en wenst te gaan samenwonen. Wat nu ? Hoe organiseert U een en ander?

 

Wat moet U weten?

 

Vooreerst feitelijke samenwoners erven van elkaar NIET tenzij er een testament ten voordele van de langstlevende partner is. Als er testament is, waarbij de overledene de gezinswoning aan de langstlevende heeft nagelaten, vererft deze de woning zonder daarop erfbelasting te betalen op voorwaarde dat het koppel drie jaar onafgebroken een gemeenschappelijke huishouding heeft gevoerd in de woning. Weetje ? Moet het gaan om geliefden? Neen…

 

Bij wettelijke samenwoners is het anders. Zij erven in principe het vruchtgebruik op de gezinswoning en op de goederen die de gezinswoning stofferen. Dit erfrecht kan de samenwoners evenwel worden ontnomen…

 

Gehuwden genieten echter de grootste bescherming. Zij erven op de ganse nalatenschap. Bovendien is hun vruchtgebruik zowel abstract als concreet. Abstract wil zeggen dat ze de ganse nalatenschap in vruchtgebruik erven terwijl de concrete reserve betekent dat het vruchtgebruik op de gezinswoning en de huisraad hen niet kan ontnomen worden. Zij kunnen immers hun veto tegen een omzetting van hun vruchtgebruik stellen, wat de wettelijke samenwoners dan weer niet kunnen. Slechts in één situatie, kan hen het vruchtgebruik worden ontnomen en dit is in geval van echtscheiding, waar zij 6 maand feitelijk gescheiden leven, één van hen afzonderlijke woonst heeft gevraagd en een testament werd opgesteld.

 

Soms gaan de partijen nog een stapje verder door te huwen met een contract om zo een scheiding of een algehele gemeenschap van goederen te creëren. De achterliggende reden kan hiervan zijn dat partijen ofwel elkaar willen beschermen tegen mogelijkse beroepsschulden of dat zij elkaar zoveel mogelijk willen begunstigen bij overlijden.

 

In bepaalde situaties wordt soms geoordeeld dat het erfrecht van de langstlevende, die in samenloop met kinderen, meestal in vruchtgebruik erft, te weinig is.

 

Daarom kan in een huwelijkscontract bijvoorbeeld een keuzebeding worden ingelast.

 

Dit is een beding waarbij aan de langstlevende de keuze wordt gelaten welke goederen hij uit gemeenschap in volle eigendom wenst te vererven.

Wordt aan de langstlevende een optie gelaten om het beding uit te oefenen of niet, dan spreek men van een optioneel keuzebeding.

Een en ander valt niet te verwarren met de langst-leeft-al of het verblijvingsbeding, wat dan weer betekent dat de langstlevende alle gemeenschappelijke goederen in volle eigendom verwerft.

 

Opgelet: een en ander kan fiscaal zeer nadelig zijn zodat een advies op maat aan te raden is. Uw advocaat weet raad, beter vroeg dan laat!